Hadewig Kras, Martinus Wolf, Hugo Spencer en Luc De Gezelle
hebben een menu samengesteld waar men zich niet direct aan zal verwachten: een rijk gevarieerd pallet muziek uit de jaren 60 in een nieuw kleedje gestopt.
Hadewig J.Kras maakte reeds 2 zeer uiteenlopende, eigenzinnige cd’s, één met Blixa Bargeld (Nick Cave & The Bad Seeds/ Einstürzende Neubauten) en één met Mario Goossens (Triggerfinger). Ze schreef en speelde tekst en muziek voor theater en zet hier met haar getormenteerde versies van o.a. “Cès gens-là” (J. Brel) en “Oh Karel” (N. Sedaka), Liesbeth List genadeloos in de wind.
Martinus Wolf speelt niet alleen geweldig piano, hij toont hier ook zijn ervaring als performer. Met een dertienjarige carrière als huispianist van de Zwarte Komedie (Antwerpen), finalist op het Leids Cabaretfestival in 1991, arrangeur-componist voor Guido Belcanto, is hij lang niet aan zijn proefstuk toe. Ook voor “Fever” zorgde hij voor de arrangementen.
De songs worden verfraaid met prachtige vioolinterventies van Luc De Gezelle. Hij speelde zowel in binnen- als buitenland (waaronder Taiwan, Griekenland en Marokko) met ondermeer Olla Vogala en werkte intussen mee aan tal van CD producties als muzikant en als componist.
Last but not least: Hugo Spencer! Deze ouwe rot brengt o.a. zijn eigen liedjes nog steeds met hetzelfde vuur als
wanneer hij ooit startte met de Navarons in 1962, scoorde in de jaren ’70 met de 5th Ball-gang een hit (“You’ll Be
Blue”) in de Engelse hitparade en speelde bas bij zijn vriend Ferre Grignard.
